Vul het formulier in en klik op bevestigen om de brochure te ontvangen

Laat je gegevens achter. Wij informeren je zodra er nieuwe data bekend zijn.

"Doe niet aan wensdenken, daar snij jezelf mee in de vingers"

Zo ga je als werkgever zzp-proof 2025 in

Met de afschaffing van het handhavingsmoratorium op de Wet DBA en de nieuwe wet die hierop volgt, is het voor HR-professionals belangrijker dan ooit om de risico’s van een onjuiste kwalificatie van zzp’ers te begrijpen. Juriste en arbeidsrechtexpert Petra Kroon vertelt meer over de veranderingen en de arbeidsrechtelijke en fiscale risico’s. ‘De zachte landing waarmee de Tweede Kamer heeft ingestemd gaat de handhaving niet verminderen’

Op 1 januari 2025 gaat de Belastingdienst volledig handhaven op schijnzelfstandigheid. Officieel heet dit het opheffen van het handhavingsmoratorium in het kader van de Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (Wet DBA). Bedrijven en organisaties die mensen als zzp’er inhuren voor werk dat zij niet zelfstandig uitvoeren, kunnen dan weer een boete en naheffingen krijgen.

 

‘De belastingdienst gaat handhaven op schijnzelfstandigheid en kan met terugwerkende kracht correctieverplichtingen, naheffingsaanslagen en boetes opleggen’

 

Deze beslissing van het Kabinet kent een lange aanlooptijd. Na de introductie van de Verklaring Arbeidsrelaties (VAR) op 1 januari 2001, met vier soorten VAR-verklaringen: WUO, ROW, DGA en Loon, ontstonden er misstanden door schijnconstructies. De VAR-verklaringen zijn per 1 mei 2016 afgeschaft en vervangen door de Wet DBA met als doel schijnzelfstandigheid beter aan te pakken.

Opdrachtgevers en opdrachtnemers beoordelen sindsdien samen of er sprake is van loondienst op basis van de afspraken die zij binnen hun arbeidsrelatie maken. De invoering van de Wet DBA leidde echter tot veel onrust en discussie, omdat de regels rondom het werken met zelfstandigen niet duidelijk genoeg waren. Daarom is besloten de handhaving door de Belastingdienst uit te stellen. Daar komt per 1 januari 2025 dus een einde aan.

 

Wat betekent dit concreet voor opdrachtgevers?

Deze beslissing moet de balans op de arbeidsmarkt herstellen en regels rondom het werken met zelfstandigen toekomstbestendiger maken. Wat betekent dit concreet voor opdrachtgevers? Vanaf begin volgend jaar gaat de Belastingdienst handhaven op schijnzelfstandigheid en controles uitvoeren op loonheffingen onder opdrachtgevers. Als er sprake is van een arbeidsovereenkomst kunnen er met terugwerkende kracht (tot 1 januari 2025) correctieverplichtingen, naheffingsaanslagen en boetes worden opgelegd.

 

Zachte landing

In 2025 worden nog géén vergrijpboetes aan opdrachtgevers gegeven die kunnen bewijzen dat zij stappen zetten tegen schijnzelfstandigheid. Begin deze maand werd bovendien bekend dat er sprake zal zijn van een zachte landing (via een aantal aangenomen moties).

“De zachte landing waarmee de Tweede Kamer heeft ingestemd gaat de handhaving overigens niet verminderen, want de Belastingdienst was al van plan om alleen risicogericht te handhaven op gedwongen zelfstandigen, onderbetalingen, evidente schijnzelfstandigheid en arbeidsmigratieconstructies”, benadrukt mr. drs. Petra Kroon, zelf ook zzp’er met haar eigen onderneming BabelFish Legal. Het huidige team handhavers van de Belastingdienst – zo’n 80 professionals –  wordt overigens niet verder uitgebreid in 2025.

 

Risico’s verkeerde kwalificatie

Vanaf volgend jaar kleven er dus risico’s aan verkeerde kwalificaties van zzp’ers. Arbeidsrechtelijke risico’s zijn onder meer dat de overeenkomst een arbeidsovereenkomst of uitzendovereenkomst is, mogelijk zelfs voor onbepaalde tijd.

”Het risico bestaat dat het zzp-loon het (bruto) werknemersloon kan worden, en in sommige gevallen zelfs het nettoloon. Dat kan behoorlijk in de papieren lopen. Er is zeker wat voor te zeggen dat in plaats daarvan gekeken moet worden naar het ‘gebruikelijk loon’. Ik verwacht dat daar nog meer over geprocedeerd zal worden vanaf volgend jaar”, zegt Kroon.

Daarnaast hebben onterecht aangemerkte zzp’ers mogelijk recht op pensioen én zijn opdrachtgevers mogelijk verplicht tot nabetaling van pensioenpremies. Voor deze personen kan het ontslagrecht ook integraal worden toegepast en mogelijk is ook de Waadi van toepassing.

Daarnaast zijn er een aantal belangrijke fiscale risico’s bij een verkeerde kwalificatie, zoals naheffing van loonheffingen, verzuim- en vergrijpboetes. In een van de aangenomen moties op 1 oktober 2024 wordt het kabinet opgeroepen om de Belastingdienst geen directe boete te laten opleggen als evident sprake is van onbewuste of onopzettelijke overtreding. Werkgevers moeten er ook rekening mee houden dat sociale zekerheidspremies niet kunnen worden verhaald op de werknemer.

 

Lees het hele artikel op HRpraktijk.nl

Bekijk meer nieuws